RSI, repetitieve strain injury, is een klacht waar heel veel mensen in hun leven een keer mee geconfronteerd worden. RSI is een verzamelnaam voor spier- en gewrichtsklachten aan handen, polsen, armen, schouders, en/of nek. Maarten Heemskerk, van Osteopathie Haarlem, gebruikt kennis van de embryonale vorming om deze klacht oorzakelijk te behandelen.

Klassiek wordt de oorzaak van RSI gezocht in het veelvuldig herhalen van één beweging met een arm, hierdoor zou overbelasting optreden en een ontsteking ontstaan. Het ontstaan van de ontsteking zal niemand ontkennen, die is op het moment dat er pijn gevoeld wordt namelijk een feit. Interessant is wel waarom de overbelasting optreedt. Niet iedereen krijgt bij het uitvoeren van dezelfde werkzaamheden last van RSI, waarom de één wel en de ander niet.

RSI, repetitive strain injury

Als voorbeeld, twee tweelingbroers (broer A en broer B) witten de nieuwe flat van hun moeder, ongeveer 100 m2. laten we er in dit voorbeeld vanuit gaan dat ze allebei precies de helft van de flat voor hun rekening nemen. Nadat ze klaar zijn gaan ze allebei naar huis en gaan slapen, de volgende ochtend staat broer A op en heeft bij het aankleden en haren kammen pijn in zijn rechterschouder en ontwikkelt in de maanden erna een slijmbeursontsteking, broer B heeft alleen 2 dagen wat algemene spierpijn en voelt daarna niks meer. Aangezien de belasting voor beide broers gelijk is betekent dit dat de belastbaarheid van broer A lager is. Aan de hand van dit simpele voorbeeld wil ik uitleggen wat osteopathie in dit soort RSI-gevallen kan doen.

Onze armen zijn evolutionair ontstaan op het moment dat we het water uitkwamen, de doorsnee vis heeft geen armen. Als je embryonaal gaat bekijken hoe de schoudergordel/arm gevormd wordt zie je dat op dag 25 na de bevruchting, doordat de longen uit de darm komen, het begin van de arm tevoorschijn komt. Nu snapt u waarom de vis geen armen heeft, hij heeft geen longen. Pas als er longen ontstaan komt ook de arm tevoorschijn. Het is de embryonale daling van het hart die de long doet ontstaan en deze hartdaling  komt weer tot stand door de eerste bewegingen in het toekomstige darmweefsel. Dus voor het ontstaan van de arm zijn achtereenvolgens: de darm, het hart en de longen belangrijk, dat betekent dat ook in volwassen toestand deze ‘organen’ goed moeten kunnen bewegen om de arm de ruimte te geven. De situatie is in werkelijkheid nog veel ingewikkelder, bijvoorbeeld het schouderblad heeft een aantal belangrijke relaties, onder andere met het bekken, is het bekken niet volledig vrij dan zal de beweeglijkheid van het schouderblad daardoor beperkt worden. De schouder zal dan bewegingsbeperkt zijn en sneller beschadigen. In ons voorbeeld van de beide broers zou het zo kunnen zijn dat broer A al een lange historie heeft van zuurbranden, dit verbrandt de slokdarm en zal de beweeglijkheid van de darm en ook van de long, die uit de darm komt beperken. Hierdoor gaat ook het gevolg van hun dynamiek, de arm, vastzitten en er ontstaat een verstijving van oa. de armspieren, die daardoor kwetsbaar worden en dit zorgt ervoor dat gewrichten zoals de schouder slecht biomechanisch gaan bewegen. De kans op beschadiging en slecht herstel erna neemt toe.

Ik werk als osteopaat met de embryonaal geïntegreerde osteopathie, ik maak in de behandeling van RSI, repetitieve strain injury, gebruik van mijn kennis van de ontstaansgerelateerde verbanden die er zijn tussen de organen, het zenuwstelsel en het bewegingsapparaat, in dit voorbeeld; de arm. Indien u meer wilt weten kunt u bellen (023 7200 920/06 14180360) of u kunt een bericht sturen.